1.
conclusie: een erectieprobleem heeft niet per se
een reden oma gaat langzaamaan dood als een
paard
EENZAAMHEID IS EEN RECHT. poëzie een pose. ik word sportjournalist.
mensen van wie ik de verjaardag weet: mama, papa, oma, broer,
zus, lennart, sander, jasper, lennert, jakob en justine
FACEBOOK HELPT
vrijheid is onderbewustzijn
houden van is denken aan onder de douche
het aan een mens vertellen
helpt niet iedereen benoemt/iedereen
begrijpt/iedereen VERZWIJGT je
ze was ongelukkig maar wel sympathiek. ACTEREN HELPT. op het pleintje heeft
het leven zin: we basketten
dit is een dag: overslapen, aftrekken, muesli eten, computeren, soep eten met
mama, aan scriptie schrijven (1 pagina), naar oma wandelen, scheren/douchen (op
haar vraag), in een voetbalmagazine lezen, eten, terugwandelen, youtubefilmpjes
kijken van Hazard
PORNO HELPT!
ergens in de stad wachten de lieve, geile meisjes
tederheid
elke avond zwemmen in een meer
ik heb mijn kot gekuist en dat voelt goed
2.
je kijkt een chassidische jood in de ogen
en je neemt dat persoonlijk
de bakfietsmoeders rinkelen
laten een spoor van zachte aftakeling. herfst
en je denkt: oma gaat dood, ik wil schommelen
de mannen in de straten drinken
marokkaanse thee of koffie want ze hebben vandaag
huizen gebouwd, kinderen gevoed, aan hun en andere vrouwen
gedacht
je bent vrij als een vogel, een rat
je wil het meisje aan de hand van haar vader zijn
sinaasappelsap uit brik drinken en je wil ook
gewoon
naar weer diezelfde porno kijken maar zoiets schrijf je niet
de stad legt zich als een vrouw te rusten en ademt
in grote halen, verlangend, in afwachting
de wind gaat door je haren zoals moeder vroeger en zegt:
je hoeft niet bang te zijn, je zal er één met ferme tieten vinden
als ze vraagt wat er scheelt zeg je Syrië
3. vroeger dealde sam vaak, nu minder.
de jeugd weet niet meer wat cocaïne is, zolang het maar glinstert.
er hangt fijn stof in de lucht, dreigende wolken als trumptweets.
in de sint-lucasstraat wordt tot allah gebeden. racisme is ook maar een mening.
in de saladebar: een roodharige vrouw, verloren gelopen mensen in nazomerlicht.
fietsers op een viaduct naar Merksem = schreeuwende meeuwen aan zee (en er is
niets om voor te vluchten). we hebben espressomachines. gedachten die we in een
schriftje schrijven. een vriend die aan je geaardheid twijfelt. mama heeft geen
kanker.
met oxfam komt het wel weer goed, net als met de vrouwen in oost-afrika.
we scheren ons schaamhaar af, uit liefde. we dragen de nacht: je bent zacht, dat is
voldoende.
als je doodgaat zal ik huilen om wat er had kunnen zijn. voor nu: een
jongen met boeken, een flat in een stad; het halfopen raam en alles wat
mogelijk wordt –
er gaan palestijnen en syriërs dood, ongeacht van wie de bommen komen. maar
hongaren vervang je niet door migranten. christendemocraten geven handen. de
nieuwe britse prins is op het eerste gezicht een jongetje.
‘ik ben een grote witte man, dus altijd in het voordeel.’
een tweejarig meisje, een politiekogel. red een kind van een balkon en je bent
welkom.
een zomer van voetbalhoop, droogte, hier en daar een bosbrandje en jammer van
antarctica.
i say a little prayer. theresa may doet een dansje.
buiten raast de stad met de kracht van een gedachte, van een waanidee. op een
hoek in een bar drinkt de tijd, warmt zich aan eeltbruine handen en verhalen.
achter een raam woont je droomvrouw, gevangen in haar waarheid.
wij zijn niet racistisch, we rapen ook zwerfvuil. bart zegt: we moeten verzoenen. de jan
zegt: ik heb
spijt. kris peeters zegt: ik woon hier. theresa may doet een dansje.
ik zal van mezelf gaan houden, al weet ik nog niet in welke volgorde. ik ben
zelfstandig, mama. op
zoek naar patronen in de supermarkt, ankerpunten. herkenning in de ogen van een
man op de tram.
nous voulons vivre, we willen alles kapot. ook vallen is een vorm van voortgaan. voor
nu: een sms’je aan jemen
en we hebben nog ons hele leven