Beeld: Michel Mazzoni
er verschijnen altijd vogels (boven onze hoofden)
denk je dat meeuw en mees elkaar verstaan?
of zijn die talen in hun vlucht vervormd?
op het pad naar het water ligt al dagen een mol
ik ken haar ergens van sta even stil
twee zilverreigers vliegen voor de regen weg
en iemand heeft de wolken gladgestreken op het wateroppervlak
de lucht is niet voor zwemmers maar hier spring ik in
is er iets dapperders dan duiken, vertrouwen op de vorm van water?
pluk appels voor ze van de bomen vallen in het gras
en aarde voeden zonder eerst van mij te zijn geweest
kijk hoe ganzen zichzelf naar het noorden tekenen
hun kunstwerken vervliegen met hen mee
en al die tijd ligt mol er nog en zegt geen woord
of toch begrijp ik haar niet goed
op de derde dag draai ik geen kevers meer om
en in dit licht kan alles nog gebeuren
Lees meer poëzie van Eelkje C. Bosch in DW B 2024-2